Wat kan je doen?

1. Zorg dat je veilig bent

Als je het slachtoffer bent geworden van seksueel geweld is de eerste stap naar een plaats te gaan waar je je veilig voelt: bij een vriend/vriendin, een familielid, gewoon thuis, bij de lokale politie, bij een hulpverlener, in een ziekenhuis,…

2. Praat erover

Praten over geweldpleging is niet vanzelfsprekend. Sommige slachtoffers zijn hiertoe niet in staat of durven het niet. Ze zijn bang voor de dader, vrezen dat ze niet geloofd zullen worden of hebben te kampen met enorme schuld- en schaamtegevoelens. Een slachtoffer kan er jaren over doen om het geweld te onthullen. Toch is het erg belangrijk om iemand in vertrouwen te nemen en er onmiddellijk over te praten. Door te praten met een hechte vriend/in of familielid, zet je al een hele stap vooruit. Je kan ook anoniem contact opnemen met een gratis hulplijn.


De eerste meest vanzelfsprekende reflex is: “Dit mag nooit naar buiten komen.” Als slachtoffer ervaar je intense emotionele en lichamelijke reacties vlak na de verkrachting of aanranding. Meestal doet een slachtoffer zijn of haar uiterste best om zich “normaal” te gedragen en alles te vergeten. Het is ook begrijpelijk dat je als slachtoffer bang bent voor de herbeleving. Het liefste wil je ieder beeld van dat misdrijf uit je hoofd verbannen. Maar zwijgen helpt niet en kan het trauma alleen maar verergeren: het onderdrukken is contraproductief en veroorzaakt juist meer herbeleving.


Slachtoffers verliezen vaak de greep op hun dagelijks leven en voelen zich machteloos. Ook raken zij het vertrouwen in zichzelf en in anderen kwijt. Na verschillende jaren kan het trauma herbeleefd worden, ook al wordt de link met de verkrachting zelf niet steeds gelegd. De gevolgen van seksueel geweld kunnen zo omvangrijk zijn, dat het des te belangrijker is om erover te praten en/of aangifte te doen bij de politie. Want het misdrijf onthullen is noodzakelijk om het achter je te laten. Zo kan je jouw reactie op het misdrijf en de gevolgen van het trauma beter begrijpen.

3. Aangifte doen

Als je aangifte wil doen, is het belangrijk om zo snel mogelijk na de feiten naar de politie te gaan. Je kan ook naar de spoeddienst van het ziekenhuis of naar je huisdokter gaan. Zij kunnen voor jou de politie inschakelen, als je dat wenst. Ook jaren na de feiten kan het voor jou of eventuele andere slachtoffers zinvol zijn om alsnog aangifte te doen. Politiediensten beschikken over specifiek opgeleide medewerkers die je heel goed kunnen opvangen. Indien je liever door een politieambtenaar van jouw eigen geslacht wordt opgevangen kan je dit steeds vragen. In de mate van het mogelijke zal men daaraan tegemoet komen. Het helpt om een vertrouwenspersoon mee te nemen. Heb je geen vertrouwenspersoon, dan kun je ook iemand van een hulpverleningsorganisatie vragen om met je mee te gaan.


Waar kan ik terecht?
Je kan altijd terecht bij het politiekantoor bij jou in de buurt, waar je zo goed mogelijk zal worden opgevangen. De meeste politiediensten beschikken over extra opgeleid personeel en over specifieke opvanglokalen waar je rustig en zonder overbodige aanwezigen je verhaal kan doen. Hieronder vind je de contactgegevens van jouw plaatselijk politiekantoor.

De werking van een aangifte

Als slachtoffer wil je vergeten. Toch komt het verwerkingsproces pas vaak op gang vanaf het moment dat je een aangifte doet. Weet dat iedere vorm van seksueel geweld ernstig is én strafbaar.


Hieronder vind je een beschrijving van het verloop van de aangifte.

1. De aangifte

Bij de politie meld je dat je een klacht wil neerleggen. Politiediensten beschikken over specifieke opvanglokalen met specifiek opgeleide medewerkers zodat je in alle sereniteit je verhaal kan doen.


De agent zal je vragen stellen die wat onaangenaam maar noodzakelijk zijn om bewijzen te verzamelen. Hij/zij zal je steeds uitleggen waarom een bepaalde vraag noodzakelijk is. Ook zal de politieambtenaar je informeren over wat er verder met het dossier zal gebeuren en je eventueel doorverwijzen naar gespecialiseerde hulpverlening.


Aangezien het niet zo evident is om alleen een politiebureau binnen te stappen, kun je ook een vertrouwenspersoon meenemen. Eventueel kun je daarvoor iemand van een hulpverleningsorganisatie inschakelen. Als je dat wenst, zal deze persoon ook bij verdere gesprekken aanwezig zijn.

2. De bewijsvoering en het geneeskundig onderzoek

Hoewel je meestal zo snel mogelijk je lichaam en kleren wilt reinigen, is het beter om dit niet te doen. Elk stofje, elk haartje en elk ander spoor van de dader kunnen belangrijk zijn als bewijsmateriaal. Daarom poets je beter je tanden niet en is het beter om niet te eten of drinken. Ook ga je beter niet naar het toilet of is het aangewezen om je urine in een potje te bewaren.


Alles wat je droeg, kleding en sieraden, kunnen belangrijke sporen dragen. Bewaar ze liefst ongewassen en afzonderlijk in papieren zakjes en neem ze mee naar het politiekantoor.


Indien het nuttig is voor het verzamelen van bewijzen, zal de politieambtenaar je vragen om een geneeskundig onderzoek door een arts te laten uitvoeren. Deze arts is daarvoor officieel aangesteld. De politieambtenaar zal je hiervoor, indien mogelijk, in burgerkledij en in een anonieme wagen naar de arts brengen. Het onderzoek kan zowel in de praktijk van die arts gebeuren als in een nabijgelegen ziekenhuis. Als je dat wenst, kan je huisarts het onderzoek bijwonen.


Het onderzoek gebeurt meestal aan de hand van de Seksuele Agressie Set. Deze set bevat materiaal om sporen van seksueel geweld te verzamelen.  Dit gebeurt zo zorgvuldig mogelijk zodat er zo veel mogelijk bewijsmateriaal kan worden verzameld.

Het medisch onderzoek is belangrijk om de lichamelijke gevolgen van het seksueel geweld vast te stellen en te behandelen, en dit best binnen de 72 uur. Na 72 uur zijn de DNA-sporen van de dader minder bruikbaar, maar ook dan is het zeker nog aangewezen je te laten onderzoeken door een arts.

Ook al twijfel je nog of je wel klacht durft/wil in dienen bij de politie, laat je toch alvast onderzoeken bij je huisdokter of in het ziekenhuis. Artsen hebben zwijgplicht en mogen niets aan de dader of aan andere mensen van jouw omgeving vertellen.

3. Het proces-verbaal van jouw verklaringen

Na het aangiftegesprek en het medisch onderzoek zal de politieambtenaar meestal overgaan tot een grondig verhoor om de feiten op een rijtje te zetten. Dat proces-verbaal bouwt voort op het eerste gesprek. Je kan hiervan een kopie krijgen.

Wat als je liever geen aangifte doet?

90 procent van de slachtoffers van seksueel geweld doet geen aangifte. Dit is heel begrijpelijk, want praten over seksueel geweld, laat staan aangifte doen, is niet gemakkelijk. Als slachtoffer ben je bang, voel je je schuldig, beschaamd, en hoop je dat het voorval stilzwijgend zal verdwijnen. En hoe meer je je gevoelens onderdrukt, hoe meer ze je kunnen hinderen de komende jaren. Die schuld- en schaamtegevoelens zijn onterecht, want als slachtoffer heb jij helemaal niks misdaan.


Een aangifte ondersteunt niet enkel het verwerkingsproces. Het kan ook voorkomen dat de dader nog slachtoffers maakt.


Zie je het niet meteen zitten om een aangifte te doen, bezoek dan alvast een dokter of ziekenhuis voor een lichamelijk onderzoek. Dokters hebben zwijgplicht, ook naar familie en zelfs de politie toe. De dokter onderzoekt je en stelt een medisch attest op. In sommige ziekenhuizen hebben ze specifieke tools ter beschikking om een volledig lichamelijk onderzoek te doen en deze officieel te documenteren. Als je later overweegt toch een aangifte te doen, dan is dat medisch attest of de documenten opgesteld in het ziekenhuis erg belangrijk voor latere bewijsvoering. Ook als je later geen klacht zal indienen, kunnen deze  attesten nuttig zijn, bijvoorbeeld als bewijs van arbeidsongeschiktheid, een eis om schadevergoeding, of voor de DNA-databank …


Ook nu is het van belang binnen de 72u een dokter of ziekenhuis te bezoeken.